Terug naar de hoofdpagina uitwerkingen
Uitwerkingen les 1
opgave 1a
$M_w\ paracetamol = 151,163\ g/mol$
$M_w\ aspirine = 180,158\ g/mol$
$Verhouding = \frac{M_w\;paracetamol}{M_w\;aspirine}$
Paracetamol heeft 0,839 maal de molaire massa van aspirine.
Ofwel:
0,839 * 1 = 0,839 g paracetamol bevat evenveel moleculen als 1,0 gram aspirine.
opgave 1b
Oxidatie reactie:
$H_20 \rightarrow 4H^+ + O_2 + 4e^-$
Vermenigvuldigen met 6 (gelijkstellen electronen):
$12H_20 \rightarrow 24H^+ + 6O_2 + 24e^-$
Reductie reactie:
$6CO_2 + 24H^+ + 24e^- \rightarrow C_6H_{12}O_6 + 6H_20$
Totaal reactie:
$6CO_2 + 6H_20 \rightarrow C_6H_{12}O_6 + 6O_2$
Aantal gram glucose wanneer je 1,0 mol $CO_2$ en 1,0 mol $H_2O$ tot je beschikking hebt:
Verhouding is 6:1
Dus 1/6 mol
$n = \frac{m}{M_w}$ dus:
$m = m * M_w$
$M_w\ glucose = 180,156\ g/mol$
$m = 0,167 * 180,156 = 30,09\ g$
Opgave 1c
Hoeveelheid zout voor 100 mL 20 mM NaCl oplossing:
$Mw\ NaCl = 58,44\ g/mol$
$20\ mM = 20\ mmol/l$
Voor 100 ml dus:
$n = \frac {20}{10} = 2\ mmol$
$m = n * M_w$
$m = 2 * 58,44 = 116,88\ mg = 0,117\ g$
Opgave 2
Complexere molberekening 1
aantal cellen lichaam: $1·10^{12}$
$Mw\ ricine = 60000\ a.m.e.$
$massa\ ricine = 0,30\ mg = 0,3\cdot10^{-3}\ g$
$N_A = 6,02214\cdot10^{23}$
Eerst het aantal moleculen ricine berekenen:
$n = \frac {m}{M_w}$
$n = \frac {0,3.10^{-3}}{60000} = 5\cdot10^{-9} \ mol$
Dus het aantal moleculen:
$5·10^{-9} * 6,02214\cdot10^{23} = 3,01\cdot10^{15} \ moleculen$
Beschikbaarheid: 1 op de miljoen.
Dus:
$3,01·10^9 \; moleculen$
Als we er van uit gaan dat 1 molecuul ricine 1 cel kan vernietigen:
$perc. cellen = \frac {3.01\cdot10^9}{1\cdot10^{12}} * 100 = 0,301\% $
Opgave 3
Complexere molberekening 2
opgave a:
Molmassa adrenaline:
$12 * 9 + 1 * 13 + 14 * 1 + 16 * 3 = 183\;g/mol$ (gerekend met afgeronde atoommassa’s).
opgave b:
$c = 1\;mg/ml = 1\;g/l$
$V = 0,3\ ml$
Concentratie in mol/l: delen door de molaire massa:
$c = \frac{1}{183} = 0,00546\;mol/l$
opgave c:
Aantal moleculen per liter: vermenigvuldigen met Constante van Avogadro:
$Aantal\ moleculen\ =\ 0,00546 * 6,02214\cdot10^{23}= 3,29\cdot10^{21}\ moleculen/L$
$V = 0,3\ ml = 0,3\cdot10^{-3}\ L$
Dus:
$Aantal\ moleculen\ in\ pen = \frac{3,29\cdot10^{21}}{\left(\frac{1}{0,3\cdot10^{-3}}\right)} = 9.86 \cdot 10^{17}$
Opgave 4
Kallibratielijn doorrekenen.
Zie Excel file.
Tabblad opgave 4
Opgave 5
Kallibratielijn doorrekenen.
Zie Excel file.
Tabblad opgave 5
Opgave 6
Opgave a:
Kallibratielijn doorrekenen.
Zie Excel file.
Tabblad opgave 6
Opgave b:
minimaal 1 mg afwegen.
nodig: 0,2 mg voor hoogste punt (maar er zijn meer punten dus er is meer nodig).
dit kan dus niet afgevogen worden.
5 ml stock oplossing maken.
1 mg insuline in 5 ml water.
Betere oplossing:
100 maal stock maken:
20 mg/ml
Deze in vriezer bewaren in kleine aliquots van 100 ul.
Vlak voor de analyse 1 cupje ontdooien en 9,9 ml water toevoegen.
Deze buis gebruiken om IJklijn te maken.